30-05-2008

Geschiedenis van het onderwijs: 1914

Invoering van de leerplicht België

De voornaamste bepalingen uit de wet:
Alle kinderen wordt leerplicht opgelegd gedurende een periode van acht jaar, te beginnen na de zomervakantie van het jaar waarin de leeftijd van zes jaar wordt bereikt.
Het gezinshoofd mag kiezen uit twee mogelijkheden: zijn kinderen school laten lopen of huisonderwijs laten verstrekken. (Er is in België sprake van een 'leerplicht' en niet van een 'schoolplicht'.) Bij niet-nakoming kan hij gerechtelijk vervolgd worden.
Het lager onderwijs wordt met 2 jaar verlengd, daarom wordt een vierde graad ingevoerd.
De moedertaal van het kind moet in de lagere school als voertaal gebruikt worden.
In alle gemeentelijke, aangenomen en aanneembare scholen zal gratis onderwijs worden verstrekt. De staatssubsidies zullen daarom worden verhoogd.
De materiële positie van de onderwijzer wordt verbeterd, ondermeer door het vastleggen van een minimumbarema en het verhogen van de wedde.
Er wordt ook een medische schoolinspectie opgericht. Ten minste éénmaal per jaar moet het kind door de schooldokter onderzocht worden.
Invoering van de leerplicht in andere landen: Denemarken (1814), Italië (1877), Engeland (1880), Frankrijk (1882), Nederland (1901).

Geen opmerkingen: